De raffiapalm of R. Ruffia is een reusachtige palmsoort die massaal voorkomt in Madagascar en sommige delen van oostelijk Afrika. Een tropisch, vochtig klimaat en een moerasachtige voedingsbodem zijn ideale groeicriteria voor deze boom. Onder deze omstandigheden groeit hij dan ook razendsnel en kan hij takken tot 20 meter lengte voortbrengen. Elke tak bestaat op zijn beurt uit 80 tot 100 bladeren.
Van september tot mei kunnen er jonge raffiabladeren gekapt worden. De geoogste vezels worden handmatig gepeld en daarna zongedroogd.
Wanneer de raffia uiteindelijk gedroogd is en zijn gekende lichtgele kleur verkrijgt is hij klaar voor de volgende stap in het productieproces.
In de plaatselijke sorteercentra worden de palmvezels ontdaan van onbruikbare, donkere stukken en ingedeeld naar kwaliteit, kleur en breedte.
Eventueel kan de raffia ter plaatse nog geverfd worden vooraleer hij gewogen, gebundeld en verpakt wordt.
Het afgewerkt product wordt uiteindelijk voor allerlei doeleinden gebruikt: (aan)binden van planten; vervaardigen van manden, matten, hoeden en zelfs traditionele klederdracht of gewoon als decoratiemiddel.